Waar ga je vissen

WAAR GA JE VISSEN

In veel stadswatere n zwemmen karpers rond, soms hele grote exemplaren. Vooral in de grotere vijvers kun je zelfhaaksystemen goed inzetten. Je kunt in het midden van een vijver vissen maar ook in de buurt van een rietkraag of waterlelies. Vis je bij de waterplanten, gebruik dan een lijn van minimaal 30/00.

Fortgrachten zijn bijna altijd goede karperwateren. De beste plekken liggen vaak tegen de overkant van de gracht, probeer daar je aas te werpen.



Zandwinplassen herbergen vaak karpers. Het vissen kan taai zijn, maar als je er een karper vangt is het meestal een grote!



Rietkragen zijn altijd goed, vooral als de stengels niet te dicht op elkaar groeien.



Onder overhangende boomtakken of struiken liggen de karpers graag. Probeer je aas zo dicht mogelijk bij de takken te werpen.



Bruggen zijn echte hotspots, zeker wanneer het water iets kouder wordt. Om geen vis te verspelen gebruik je hier een sterke nylon lijn (30-35/00).



Ga je de polder in, probeer het dan altijd bij de duikers. Als je het aas in de opening krijgt lig je helemaal perfect!”