Hotspots

Hotspots waar je altijd zeevissers treft zijn pieren en havenhoofden die ver in zee steken zoals die van Scheveningen en IJmuiden. Ook golfbrekers en paalhoofden op het strand zijn goede visstekken. Ga je gericht op zeebaars vissen, kies dan de plekken waar veel stenen zijn gestort. De zeebaarzen jagen tussen deze stenen op kleine vis, kreeften en garnalen.


Vaak liggen er evenwijdig aan de kust meerdere zandbanken. Op de ondiepe zandbanken zie je de golven breken, waardoor er witte schuimkoppen ontstaan. Dit zijn minder goede visplekken. De diepere delen tussen de zandbanken worden zwinnen genoemd, dit zijn goede plekken om vis te vangen.





Wanneer het water tussen de zwinnen heen en weer stroomt ontstaan er slijpgeulen, de zogenaamde muien. Ook dit zijn goed plekken om te vissen. De diepere muien zijn vanaf het strand te herkennen, omdat het water er ondanks de branding vaak rustiger is.